maart 2008, interview met Gerrit Zalm
 
Na ruim 12 jaar vaderlandse politiek, nam Gerrit Zalm vorig jaar afscheid. De veelgeprezen ex-Minister van Financiële Zaken wilde verandering van spijs. Na vier maanden betrekkelijke rust, hapte hij toe op het voorstel van Dirk Scheringa om de hoogste financiële baas van DSB Bank te worden. Inmiddels geniet hij van de betrekkelijke rust én de voorjaarszon. De politiek is een gesloten boek.

Ruim een jaar geleden liet hij de politiek achter zich. Den Haag heeft inmiddels plaatsgemaakt voor Wognum. Biedt deze Westfriese omgeving hem de nieuwe uitdaging? ‘Zeker. Begrijp mij goed, ik heb het in de politiek geweldig naar mijn zin gehad, vooral als Minister. Maar op een gegeven moment is het klaar. Nu ervaar ik de relatieve rust als een weldaad.’ De altijd goedlachse VVD’er verwijst vooral naar het contrast met de vele uren werk, de stapels dossiers én de rol van de media. ‘Het wordt steeds lastiger je werk te doen als alles onder een vergrootglas wordt gelegd. De minste of geringste verspreking leidt tegenwoordig gelijk tot vragen in de Kamer. Het zal erbij horen, maar missen doe ik dat aspect geenszins.’

Voorsprong

De politiek-econoom vertrok vorig jaar met opgeheven hoofd en met een aantal onderscheidingen, waaronder die van Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau. Deze laatste ontving hij vanwege zijn vele verdiensten in de politiek. Volgens Zalm betreft dit dan vooral de hervorming van het begrotingsbeleid, de wijzigingen in het belastingstelsel en een aantal maatregelen ter stimulering van de Nederlandse arbeidsmarkt. ‘Wetgeving waar onze economie nog steeds van profiteert en dat ons een voorsprong geeft op andere Europese landen.’ Belangrijker dan deze conclusie is echter de vraag hoe dit voordeel te behouden. Omdat Zalm ervoor waakt zijn opvolger – en andere politieke economen – van ongevraagd advies te voorzien, beperkt hij zich tot het accentueren van een aantal macro-economisch sterke punten van Nederland. ‘Geografisch biedt ons land vooral kansen. De centrale ligging – in het hart van Europa en aan belangrijke waterwegen – zorgt ervoor dat Nederland vaak een doorvoerhaven of stedelijk knooppunt is. Op dat soort locaties bloeit van nature de handel.’

Randstad

Een ander pluspunt vindt Zalm het gemiddelde opleidingsniveau in Nederland. ‘Nog wel, maar de laatste jaren staat de kwaliteit van het onderwijs echter fors onder druk. Daarom doet het kabinet er verstandig aan voorwaarden te creëren om het niveau te verbeteren, bijvoorbeeld door salarissen van docenten te verhogen. Anders wordt de situatie straks echt zorgwekkend.’ Dat is het volgens Zalm al op het gebied van de infrastructuur. ‘De Randstad zit potdicht. Zelfs in vergelijking tot stedelijke concentraties elders in Europa. We verliezen dus terrein. Oplossingen liggen voorhanden, maar zijn lastig in de uitvoering, vooral door de complexe wet- en regelgeving in Nederland.’ Nog meer zorgen maakt de ex-politicus zich om de toegenomen lastenontwikkeling. ‘Het kabinet heeft besloten tot een forse lastenverzwaring van liefst 5 miljard. Dat holt onherroepelijk onze concurrentiepositie uit; als namelijk iets de recente geschiedenis bewezen heeft, is dat het wel.’

China en India

Waar deskundigen een minder eensluidend oordeel over hebben, is het effect van opkomende economieën als China en India op de welvaart in Nederland. De meeste zien deze tendens als een grote bedreiging. Zalm ervaart eerder het tegenovergestelde. ‘Als het in Duitsland goed gaat, profiteren ook wij daarvan. Als de beurs op Wall Street aantrekt, stijgt bij ons de AEX. Waarom zou dan een 2-cijferige groei in India nadelige gevolgen hebben voor onze economie? Wij zijn juist gebaat bij sterke broeders om ons heen. China en India zijn dat; bovendien beschikken deze landen over een immense markt en creëren zij dus juist (afzet)kansen voor ons. Natuurlijk, ook ik erken de gevaren die op de loer liggen, vooral loontechnisch. Daarom moet onze arbeidsmarkt flexibeler en is het verstandig op korte termijn veranderingen door te voeren in het ontslagrecht en in de sociale zekerheid.’

Maar somberheid over de toekomst van Nederland past deze voormalig bijzonder hoogleraar economische politiek nu eenmaal niet. Ook de financiële crisis in de VS schrikt hem niet af. ‘In Amerika wordt structureel teveel geleend en te weinig gespaard. Men leeft daar al jaren op de pof. Zo’n houding maakt een economie kwetsbaar. In Europa – en zeker in Nederland – hebben we dáár geen last van. Gelukkig niet!’

Luis in de pels

Zoals Zalm ook tevreden is met zijn overstap naar DSB Bank. Als Chief Financial Officer (CFO) geeft hij sinds medio vorig jaar leiding aan het financiële team van de bank. ‘Ik ontwikkel mede de strategie en zorg dat er een goed jaarplan ligt.’ Zijn keuze voor DSB als parttime werkgever was destijds een verrassende. ‘Is dat zo? Ik houd nu eenmaal van jonge, ambitieuze en snel groeiende organisaties. Bovendien speel ik graag de luis in de pels en dat is deze bank nu eenmaal voor andere, grotere financiële instellingen.’ Ook heeft Zalm nadrukkelijk het gevoel van toegevoegde waarde te zijn in Wognum. ‘Ik voel mij hier thuis, ook als West-Fries. De bank biedt mij een inspirerende omgeving met veel leuke, goede collega’s. Daarnaast is er veel turbulentie in de financiële wereld, dat maakt het werken voor een jonge bank dubbel zo interessant.’

Het klinkt oprecht. Toch was een overstap naar het Internationaal Monetair Fonds (IMF) vorig jaar zomer allesbehalve irreëel. Het kabinet schoof Zalm toen nadrukkelijk naar voren voor de vacante positie van directeur. De politicus – en vader van vijf kinderen – had echter geen trek meer in een baan van 90 uur per week. ‘Als je zolang Minister bent geweest, heb je roofbouw gepleegd op je gezin. Dat houdt een keer op. Een verhuizing naar de andere kant van de wereld, past mij niet langer meer. Zolang het IMF in Washington blijft – en bijvoorbeeld niet haar hoofdkantoor naar Wognum verhuist – is het geen optie.’

Orakel

Droge humor … het handelsmerk van de 55-jarige VVD’er is in tact gebleven. Zoals er überhaupt weinig aan de ex-Minister veranderd is: zijn specifieke gelaatstrekjes, het onderkoelde, maar ook het zichtbare plezier, zijn enorme drive en … zijn liefde voor de VVD. Want uit het oog is bij Zalm zeker niet uit het hart. Hij volgt de ontwikkelingen in de partij op de voet en treedt desgewenst zelfs als zegsman van de liberalen op in tv-programma’s. De uitspraak van Hans Wiegel om de partij – na het vertrek van Rita Verdonk – op te heffen, heeft hem eind vorig jaar bijzonder geraakt. ‘Los van het feit dat ik het niet eens ben met hem, stoort het mij dat je je als oud politiekleider nog zo nadrukkelijk op de voorgrond wilt treden. Zelfs als je een “Orakel” bent!’ Een vergelijkbare rol ziet hij voor zichzelf na zijn terugtreden zeker niet zitten. ‘Als orakel uit Wognum zeker? Alsjeblieft zeg!’ Hij acht dit ook niet nodig. Zalm is content met de huidige Tweede Kamer-fractie. ‘Er zitten capabele, overwegend jonge mensen in. Laat zij hun werk doen, op hun manier.’

Wilders en Verdonk

Maar “deze werkwijze” zorgde recent voor splitsingen met Wilders en Verdonk. En indirect voor dramatisch lage polls. Zo zweven de liberalen nu tussen de 15 en 18 zetels. Zowel Wilders als Verdonk staan er in de peilingen voor de Tweede Kamer beter voor. ‘Ach, die cijfers zijn betrekkelijk. Bovendien, mensen die nu nog op Wilders willen stemmen, wil ik niet eens meer binnen de VVD.’ Duidelijke taal die Zalm ook heeft voor Verdonk. ‘Zij heeft nog steeds geen partijprogramma; wat ze wil en waar ze voor staat, is dus onduidelijk. Ik vrees dat kiezers dat vooral moeten opmaken uit haar stijl.’ Zalm zegt het zonder te veroordelen. Zijn werkwijze is nu eenmaal een andere. Had het voorzitterschap van de VVD geen boeiende uitdaging voor hem geweest? ‘Mijn liefde voor de partij gaat ver, maar er zijn grenzen. Bovendien zit ik nu heerlijk ontspannen te genieten van de voorjaarszon in West-Friesland. Vertel mij eerlijk, wat kan daar nu tegenop?’